Raad van State niet overtuigd van Wet VBAR: ‘fundamentele hervormingen ontbreken’
De Wet VBAR regelt twee zaken die de arbeidsrechtelijke gemoederen al lang bezig houden: de kwalificatie van de arbeidsovereenkomst en (dus ook) het terugdringen van schijnzelfstandigheid. Voor meer informatie over de wet kunt u hier onze analyse van de Wet VBAR lezen: Nieuwe versie Wet Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden: van ABC naar WZOP.
Strekking wetsvoorstel
Het wetsvoorstel maakt deel uit van het ‘arbeidsmarktpakket’, wat als doel heeft meer zekerheid en bescherming voor werkenden en meer wendbaarheid voor ondernemingen te creëren. De Wet VBAR, die schijnzelfstandigheid poogt te voorkomen en meer duidelijkheid moet geven over wanneer sprake is van een arbeidsovereenkomst, bestaat uit twee onderdelen. Het eerste deel geeft een drietal criteria – de zogeheten WZOP-criteria – om te bepalen wanneer sprake is van (schijn)zelfstandigheid of werknemerschap. Het tweede deel geeft een rechtsvermoeden van werknemerschap op basis van uurtarief: van ZZP’ers die minder dan €33,- per uur verdienen wordt vermoed dat zij werknemer zijn.
[....]